’s-HEERENBERG – De nieuwe bewoners wonen inmiddels een tijdje en in februari huisde een deel van de gemeentelijke dienstverlening en de VVV Montferland al over. Maar woensdagmiddag werd het ‘nieuwe’ Gouden Handen in ’s-Heerenberg pas officieel geopend.
In het bijzijn van tal van genodigden, waaronder commissaris van de Koning Clemens Cornielje, de burgemeesters van Emmerich en Doetinchem, wethouders uit omliggende gemeenten en uiteraard de bewoners van het Rijksmonument, verrichte oud-minister Liesbeth Spies de officiële openingshandeling.
“Het is mooi om te zien hoe oud en eigentijds in dit gebouw op een fantastische wijze zijn samengegaan”, sprak de huidige voorzitter van Achterhoek 2020. “Dat je in een krimpregio als deze op zo’n manier diverse functies en voorzieningen kunt combineren onder één dak is een goede ontwikkeling. Dit is een mooi voorbeeld, waar andere gemeenten navolging aan kunnen geven.”
Woonzorg Nederland
Voordat Spies het gebouw officieel opende, waren er ook nog toespraken van Marco Meerdink, voorzitter van de Raad van Bestuur van Woonzorg Nederland, burgemeester Ina Leppink en wethouder Frank Wissink. Meerdink vertelde onder andere over de roerige geschiedenis van het gebouw, de aankoop door Woonzorg in 2000 en het ‘boeiende’ proces dat uiteindelijk tot de nieuwe invulling van het gebouw leidde.
Naast de 46 appartementen zijn onder andere de politie, VVV en een aantal gemeentelijke voorzieningen in het voormalige Gouden Handen ondergebracht. De nieuwe raadzaal wordt vanavond officieel geopend en in gebruik genomen.
“Zoiets lukt alleen als de samenwerking goed is en er wederzijds vertrouwen en respect is tussen de betrokken partijen”, zei hij. “Met steun van de gemeente, provincie en Monumentenzorg is het voor ons eigenlijk vrij snel en probleemloos verlopen. Zonder de kleine twee miljoen euro aan subsidies en de borging door de gemeente van de resterende door ons geïnvesteerde 18 miljoen euro, was het namelijk niet gelukt.”
Frank Wissink
Op die goede samenwerking keek ook Frank Wissink nog even terug. “De lijnen waren kort en de contacten goed”, vond Wissink. “Dat was ook nodig, want het was af en toe ook best spannend. Zo zat de boel in juni 2008 een beetje op slot. Monumentenzorg en Woonzorg werden het niet eens over de balkons. Na een goed overleg met professor Asselbergs, destijds rijksadviseur voor Cultureel Erfgoed bij de Rijksgebouwendienst, in Amersfoort zijn we er uitgekomen. En kijk waar het allemaal toe heeft geleid.”