’s-HEERENBERG – In het park Gouden Handen worden komende week 31 esdoorns gekapt. In de bomen is de roetschorsziekte aangetroffen. Ook drie esdoorns op een particulier terrein in de directe omgeving hebben de zeldzame boomziekte.

“Vorig jaar is de ziekte voor het eerst in Nederland geconstateerd op kachelhout”, weet Arnold Meulenbelt. “In ’s-Heerenberg is de ziekte nu voor het eerst in Nederland op een levende boom aangetroffen.” Meulenbelt is werkzaam bij BTL Bomendienst in Apeldoorn, die onder andere is gespecialiseerd in de bestrijding van boomziekten en -aantastingen. Het bedrijf is door de gemeente Montferland om advies gevraagd.

“Onze beleidsmedewerker Miika Hijmans heeft de zeldzame boomziekte geconstateerd in het park Gouden Handen”, zegt verantwoordelijk wethouder Tanja Loeff. “Daarop hebben we meteen informatie ingewonnen bij de GGD of er risico’s zijn voor de volksgezondheid. Die blijken minimaal. Die zijn er alleen als er zeer intensief met de besmette bomen wordt gewerkt. De schimmel, waardoor de ziekte wordt veroorzaakt, kan schadelijk zijn voor de longen.”

Om het risico tot een minimum te beperken, worden de bomen gekapt. Het kappen van de zieke bomen start op maandag 6 juli en neemt ongeveer vijf dagen in beslag. In verband met de warmte vinden de werkzaamheden tussen 6 en 13 uur plaats. Daarbij wordt beschermende kleding (witte pakken) gedragen. Inmiddels is het park ook afgesloten.

“We hebben de omwonenden geïnformeerd met een brief en ze daarin geadviseerd ramen en deuren tijdens de werkzaamheden gesloten te houden”, vertelt Loeff. “Bij het kappen van de bomen kunnen er namelijk schimmeldeeltjes vrijkomen. De gezondheidsrisico’s zijn dan wel minimaal, maar we nemen het zekere voor het onzekere.”

Onbekend
De roetschorsziekte werd net na de Tweede Wereldoorlog voor het eerst in Engeland vastgesteld. Later werd de boomziekte ook in het zuiden van Duitsland ontdekt. “De schimmel ontstaat hoogstwaarschijnlijk na een hitte- en stressperiode”, vertelt Meulenbelt. “Heel veel is er echter niet over bekend. Naast de esdoorn kunnen ook de berk en linde er mee worden besmet. In het park Gouden Handen staan wel lindes, maar daar zijn geen sporen op ontdekt.”

Na het kappen van de bomen wordt de vegetatie gemaaid, opgezogen en afgevoerd, zodat er geen resten van de schimmel achterblijven. In de winterperiode worden er vervolgens weer nieuwe bomen geplant. “Van een complete kaalslag is geen sprake”, zegt Hijmans. “Het gaat om een kleine twintig procent van alle bomen. De zieke bomen staan bovendien redelijk verspreid in het park. Dat neemt echter niet weg dat het ontzettend jammer is dat de bomen moeten worden gekapt.”