DIDAM – De markthal in Didam is onlangs uitgeroepen tot Ruwe Diamant van de Achterhoek. Deze verkiezing vond plaats in het kader van het project ‘Een nieuwe tijd! Wederopbouw in de Achterhoek’ en werd uitgeschreven door de elf deelnemende gemeenten en het Gelders Genootschap.
De wederopbouwperiode, van 1940 tot 1965, krijgt vaak het etiket saai, lelijk, gezapig en braaf opgeplakt. Maar de wederopbouw bevat ook veel kwaliteit en bijzondere verhalen die de moeite waard zijn om te laten zien en horen. “Er zijn veel verborgen parels”, zegt Joanne te Winkel, projectleider vanuit het Gelders Genootschap. “Veel van die ruwe diamanten zijn juist nu tijdens het project ontdekt, zoals deze markthal, de St. Wilibrordsabdij in Doetinchem en het appartementencomplex aan de Kraakselaan in Doesburg.”
Stemmen
De elf ‘Achterhoekse’ gemeenten droegen deze zomer ieder zo’n vijf gebouwen voor uit de wederopbouwtijd, waarop Achterhoekers hun stem konden uitbrengen. Dat leverde in augustus in elke gemeente een winnaar op. De Didamse markthal werd met 352 stemmen (van de in totaal 2000) niet alleen verkozen tot Ruwe Diamant van Montferland, maar ook uitgeroepen tot overallwinnaar van de Achterhoek. Als beloning kreeg de marktvereniging Didam vorige week een schildje uitgereikt door wethouder Jan van Halteren.
“Daar zijn we hartstikke trots op”, zegt Frenk Polman, voorzitter van het marktbestuur. “Het was al mooi dat we voor de prijs werden genomineerd, maar dat er nu zoveel mensen op onze hebben gestemd, is helemaal geweldig. Daarmee zetten we de markthal weer eens op de kaart.”
Volgens Polman heeft het hoge aantal stemmen niet alleen te maken met de schoonheid van het gebouw, maar hebben de meeste mensen in Didam ook wel iets met de markthal. “De oudere mannen uit het dorp kwamen hier al voor de veehandel. Veel vrouwen doen er ook nu nog hun boodschappen tijdens de vrijdagmarkt. Daarnaast traden hier in het verleden onder andere Normaal, De Dijk en Van Dik Hout op. Ook is de markthal tegenwoordig de start- en finishlocatie voor de avondvierdaagse in Didam en veel andere evenementen.”
Historie
De eerste steen van de markthal werd op 27 september 1950 gelegd door Harrie de Leeuw, destijds burgemeester van Didam en erevoorzitter van de marktvereniging. De architect ontwierp de markthal in de Delftse School. In 1955 besloot het marktbestuur tot de bouw van een tweede hal, haaks op de oorspronkelijke hal. Het gebouw bood in die tijd onder andere onderdak aan de biggen- en kalverenmarkt. De stangen waar de beesten aan werden vastgemaakt, zitten nog aan de buitenkant van de grote hal. In 1974 stopte de veehandel.
Toekomst
Op dit moment is het monumentale pand nog één van de drie markthallen in Nederland, waar een weekmarkt plaatsvindt. Verder doet het gebouw dienst als evenementenlocatie en wordt het gebruikt als stalling voor auto’s. “Vanwege de corona zijn er nu twee koren, die hier repeteren”, vertelt Polman. “Ook wordt de hal gebruikt als oefenruimte voor de vendeliers en majorettes van verschillende Didamse schutterijen. De Kringdag Montferland heeft hier eveneens twee keer plaatsgevonden en volgend jaar houdt schutterij De Eendracht haar schuttersfeest in en om de markthal.”
Zo wordt het monumentale pand uit de wederopbouwperiode nog volop gebruikt in de huidige tijd. “Dit is een mooi voorbeeld hoe je een gebouw uit die periode ook een toekomst kunt geven”, vindt Te Winkel. “Dat geldt niet voor alles dat in die tijd is gebouwd. Met veel woningen en industrieel erfgoed uit de jaren vijftig en zestig moet nu echt wat gebeuren. Daar kijken we met de elf gemeenten ook naar. Want als we niks doen, wordt dadelijk zo’n hele periode weggepoetst. Dat zou hartstikke jammer zijn.”
Foto: Frenk Polman, voorzitter van de Didamse marktvereniging, toont trots het schildje van de Ruwe Diamant dat hij uit handen van wethouder Jan van Halteren (links) ontving. Joanne te Winkel (rechts) overhandigde het schildje. Op de achtergrond een deel van het bestuur met rechts marktmeester Geert Jansen.