Joep’s beslommeringen: Eerlijk delen

Prinsjesdag is weer achter de rug en de miljoenennota is gepresenteerd. Niet dat er nog erg veel nieuws te melden is, want zoals gewoonlijk zijn de belangrijkste punten al weer uitgelekt. Nederland staat er redelijk goed voor en er kunnen ook weer enkele cadeautjes worden uitgereikt. Vooral de kleine spaarder gaat er op voor uit. Nu weet ik niet of de overheid met kleine spaarders, kinderen en mensen met een geringe lichaamslengte bedoeld of mensen met slechts een klein spaarpotje. Feit is wel dat de mensen met een grote spaarpot het weer moeten ontgelden. Het begrip eerlijk delen begint langzaam een eenzijdig karakter te krijgen.

Mensen met een stevig gevulde portemonnee hebben er geen moeite mee om meer belasting te betalen dan de gemiddelde burger, zodat de zwakkeren en kansarmen in de maatschappij ook een fatsoenlijk leven kunnen leiden. Of je hier nog kunt spreken van eerlijk delen, betwijfel ik. Als je bedenkt dat iemand met een bovenmodaal inkomen en ondernemers, van iedere verdiende euro meer dan de helft moet afdragen aan de fiscus terwijl de eerste partij alle inspanningen levert, de risico’s en de verantwoordelijkheid heeft, terwijl de laatste partij er niets voor hoeft te doen, kan ik niet echt eerlijk noemen.

De links georiënteerde politieke partijen die overwegend de arbeidersklasse in de maatschappij vertegenwoordigen, spreken het vaakst over eerlijk delen. Maar waar waren al deze mensen, met uitzondering van kansarmen en zieken, toen de hard-studerende student tot ‘s avonds laat in zichzelf aan het investeren was, om op die wijze een zo goed mogelijke positie in de maatschappij te verwerven. Waar waren al deze mensen toen diezelfde student eenmaal een leuke baan had en in zichzelf bleef investeren, door buiten het werk om allerlei studies te volgen, die hem nog verder op de maatschappelijke ladder konden helpen.
Waar waren al deze mensen toe deze student besloot om een onderneming te starten, ging investeren, risico’s nam en verantwoordelijkheid op zijn schouders droeg. En waar waren al deze mensen toen zijn onderneming ten onder ging in het geweld wat de kredietcrisis veroorzaakte en hij in tegenstelling tot zijn personeel, geen aanspraak kon maken op een WW uitkering.

Het is gemakkelijk als jezelf weinig of niets te geven hebt om zittend in jouw stoel te roepen dat ‘wij’ vooral eerlijk moeten delen. Het is ook vreemd dat er in dat geval altijd over ‘wij’ gesproken wordt, terwijl als het op betalen aankomt, altijd over ‘zij’ gesproken wordt wanneer men het heeft over mensen met een rijk gevulde buidel.

‘Wie het kortst bij het vuur zit, warmt zich het best en wie het verst er vandaan zit, schreeuwt het hardst’.