DIDAM – Vendelzwaaien in Gelderland wordt zondag 7 september door de Federatie van Gelderse Schutterijen en Gilden ‘St. Hubertus’ officieel op de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed geplaatst.

Ineke Strouken, directeur van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed (VIE), en Wim Sanders, voorzitter van de Federatie, ondertekenen om 10 uur gezamenlijk het certificaat van de Nationale Inventaris waarmee de plaatsing een feit is. Dat gebeurt ten overstaan van duizenden schutters- en gildeleden, die op de Gelderse Federatieve Schuttersdag in Varsselder Veldhunten bijeen zijn.

Er zijn ongeveer zevenhonderd Gelderse vendeliers actief bij een schutterij of gilde. Zij zwaaien met een heel groot vendel gecontroleerde en sierlijke bewegingen, waarbij de symboliek een belangrijke rol speelt.

Gebed
In Gelderland wordt vendelzwaaien gezien als een gebed, als een strijd tussen het goede (de vendelier) en het kwade dat ons dagelijks kan overkomen. De verschillende bewegingen (slagen) die de vendelier maakt, hebben symbolische betekenissen. Het vendel boven het hoofd zwaaien betekent bijvoorbeeld ‘Houd je kloek en sterk in de strijd die komen gaat!’, en als het vendel wordt rond gegooid om de hals betekent dit ‘Weer je geducht, al zal dit ook je hoofd moeten kosten’.

De Federatie van Gelderse Schutterijen en Gilden ‘St. Hubertus’ droeg de traditie voor tot plaatsing op de Nationale Inventarislijst. Deze lijst vloeit voort uit de ondertekening van het UNESCO Verdrag ter Bescherming van het Immaterieel Cultureel Erfgoed door Nederland in 2012. Er zijn inmiddels ruim vijftig tradities opgenomen op de inventaris.

De coördinatie van de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed in Nederland is in handen van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed (VIE). Kijk voor meer informatie over het UNESCO verdrag van het immaterieel erfgoed en de Nationale Inventaris op www.immaterieelerfgoed.nl.