Wereldverbeteraars zijn mensen die vaak de warme intentie hebben om zaken, die in de wereld niet zo lekker lopen, voor zichzelf en anderen beter te maken. Dat is in principe een nobel streven, maar meestal zijn ze roepende in een woestijn. Je hebt ook mensen die alleen maar roepen dat zij de wereld willen verbeteren, maar vervolgens er alles aan doen om er een puinhoop van te maken.
Neem nu Donald Trump. In zijn verkiezingstoespraken heeft hij voortdurend geroepen dat hij Amerika beter en grote wil maken. Zelfs nu hij de verkiezingen verloren heeft, blijft hij zijn aanhang toeschreeuwen dat als zij met hem doorgaan, Amerika er beter van wordt. Hij vergeet gemakshalve dat hij vier jaar lang bezig is geweest om Amerika tot op de grond af te breken.
Of wat te denken van Lodewijk Asscher, die eerst in zijn functie als minister van sociale zaken er mede verantwoordelijk voor is geweest dat duizenden mensen door de belastingdienst een verschrikkelijk oor werd aangenaaid. En nu de verkiezingen weer voor de deur staan doodleuk loopt uit te kramen dat hij, door het aanblijven als lijsttrekker van de PvdA, er juist voor kan zorgen dat alles weer beter wordt.
Dan loopt er nog zo’n roeptoeter in Den Haag rond die, nadat hij nagenoeg zijn eigen partij gescalpeerd heeft, eerst het bijltje er bij neergooit, vervolgens weer de strijdbijl ter hand neemt en dan doodleuk bazuint dat hij Nederland beter wil maken. Het is verbazingwekkend te zien dat er dan toch nog mensen zijn die, al dan wel niet gehersenspoeld, achter deze mensen blijven staan.
‘Verbeter de wereld, begin bij jezelf’