Amerika, ooit het land van onbegrensde mogelijkheden. Waar mensen nog geloofden in de ‘American dream’. Waar je het van krantenjongen tot miljonair kon schoppen. Waar Frank Sinatra ooit zong dat als je het in New York niet kunt maken, je het nergens kunt maken. Dit mooie land werd na de Tweede Wereldoorlog het sterkste en machtigste land van de wereld en heerste als een goede herder over zijn kudde.
Dit land is niet meer. Verkwanseld door een narcistisch verwend kind, dat zich ondanks de consequenties geen strobreed in de weg laat leggen om zijn zin door te drijven. Zijn ‘America first’ begint langzaam diepe sporen te trekken in de maatschappij. Tegenstellingen zijn groter dan ooit. Racisme en discriminatie zijn aan de orde van de dag. Mensen aan de onderkant van de samenleving leven in diepe armoede. Het sociale stelsel, met zoveel moeite door Obama opgezet, is weer afgebroken. Het verschil tussen rijk en arm is gigantisch. Het is misschien dan wel America first, maar daar profiteert de middenklasse en alles wat daar onder zit niet van.
Is dit mooie land nog te redden? Ik heb geen glazen bol, maar vandaag stond er optimistisch nieuws in de krant wat misschien wel de redding van Amerika kan betekenen. Vrouwen zijn in opmars! Steeds meer vrouwen maken de dienst uit en nemen de banen van mannen in. Steeds vaker wordt een toppositie ingevuld door een vrouw. Misschien is het nu langzaam tijd dat ook de hoogste baan aan een vrouw vergeven wordt. Iemand met zinnig verstand en oog voor de samenleving. Iemand die nadenkt voordat er wat wordt gedaan. En vooral niet iemand die zichzelf als het stralende middelpunt van het universum waant.
‘Menige nul denkt dat hij de baan is waarlangs de aarde zich beweegt’