NIEUW-DIJK – Normaal gesproken hadden ze de afgelopen dagen ergens in Nederland op de kermis gestaan. Nu staat de snoepkraam in de schuur en passen Tonnie (64) en Lida Bosman (64) op hun kleinzoon op. “Het kermisseizoen was dit jaar net drie dagen los en toen was het al weer ten einde.”
“Gelukkig hebben we nog wel het carnaval in Groessen gehad”, zegt Tonnie. “Maar verder ben ik bang dat het evenementenseizoen klaar is. Ik verwacht niet dat de kermissen en braderieën in september al weer beginnen. Ik moet zelfs nog zien wat er volgend jaar gebeurt. Kermissen en schuttersfeesten zijn plekken waar veel mensen bij elkaar komen. Dat is met die anderhalve meterregel niet te organiseren.”
Tonnie en Lida staan al vanaf hun veertiende met de Luilekkerland-snoepkraam op tal van kermissen en evenementen in het oosten van Nederland. Tonnie groeide er mee op en sinds hij Lida leerde kennen, gaat zij mee. “Opa Toon is er in 1921 mee begonnen en ik heb de kraam van mijn vader (Theed) overgenomen. Volgend jaar bestaan we dan ook honderd jaar, al hebben we de wagens sinds vorig jaar wel verhuurd aan Van der Land in Sneek.”
Toch werkt de kermisfamilie uit Nieuw-Dijk nog volop mee in de snoepkramen. “Wij regelen de standplaatsen en onderhouden de contacten met de verenigingen”, vertelt Tonnie. “Ook stonden we tot voor kort nog vrijwel elk weekend in de kraam. We hadden zo’n vijftig plekken, waar we jaarlijks naartoe gingen. Van der Land heeft daar een kleine twintig locaties aan toegevoegd.”
Vrije tijd
De afgelopen vijftig jaar waren Tonnie en Lida vanaf april tot en met oktober in de weekenden continu met drie snoepwagens onderweg. Daarbij werkt Tonnie doordeweeks ook nog bij een elektronicawinkel in Didam. Voor het eerst in al die jaren hebben ze nu, noodgedwongen door de coronacrisis, wat vrije tijd.
“Dat is best fijn”, geeft Lida toe. “Op Hemelvaartsdag stonden we altijd op de braderie in Terborg. Dit jaar hebben we voor het eerst gefietst. We hadden nooit een tuinstel, omdat we in de mooiste tijd van het jaar altijd aan het werk waren. Nu zitten we in het weekend lekker buiten. De snoepkraam blijft voor Tonnie zijn lust en zijn leven, maar we merken nu ook dat het goed is om langzaam af te bouwen.”
Over een paar jaar willen ze de vier snoepkramen dan ook definitief overdoen aan Van der Land. Eén wagen is inmiddels omgebouwd tot oliebollenkraam. Op dit moment staat er echter alleen een snoepkraam op de markt in Sneek. “Daar verkopen ze niet meer dan een boodschappentasje vol snoep. We hebben dit jaar al zestien kermissen gemist. Huur vraag ik daarom tijdelijk niet, zodat ze de crisis hopelijk goed doorkomen en de wagens een mooie nieuwe bestemming krijgen. Verder zijn we gelukkig nog gezond. Dat is het belangrijkste.”