DIDAM – Eigenlijk had hij op 4 april, op zijn zestigste verjaardag, al willen stoppen met zijn rijdende winkel. Maar door de coronacrisis knoopt Tonnie Diesvelt er nog een paar maanden aan vast. “De klanten hebben me juist nu zo hard nodig.”
“Veel ouderen durven vanwege de corona niet naar de winkel en doen hun boodschappen liever bij mij”, weet Diesvelt. “Dat blijkt wel uit de omzet, die is 20 tot 25 procent hoger dan voor de crisis. Dan zeg je niet ‘ik stop ermee, zoeken jullie het je maar uit’. Daarom heb ik besloten nog even door te gaan en pas op 26 juli te stoppen met de rijdende winkel.”
Diesvelt begon op 1 januari 1980 met de melkhandel in Didam. Hij werkte op dat moment bij Pelgrim in Doetinchem, die zo’n dertien wijken bediende. Toen de melkboer in Didam stopte, nam Diesvelt zijn bus en aanhanger over om hier te gaan venten. “Ik kon toen thuis ook de varkensboerderij overnemen, maar ik heb gekozen voor de melkhandel.”
In september 1988 kocht hij zijn eerste rijdende winkelwagen. Hij ventte op dat moment ook al in Wehl. Langzaam maar zeker werden er ook steeds meer versproducten aan het assortiment toegevoegd. “Al ruim 25 jaar zijn we niet alleen meer een zuivelhandel, maar een echte vershandel”, zegt Diesvelt. “Je kunt bij ons alle boodschappen halen, van vlees tot groenten en van tandpasta tot waspoeders. Maar ook kant-en-klare maaltijden voor mensen die zelf niet kunnen koken.”
Catering
Daar kwam later nog de catering bij. Zo heeft Diesvelt een eigen partyservice, waarmee hij onder andere koelwagens, tafels, stoelen, terrasverwarmers en servies verhuurt en dranken verkoopt. “Hier blijven we na 26 juli wel mee doorgaan. Voor die tijd hoop ik iemand te vinden die de winkelwagen wil overnemen en de vershandel voortzet. Ik heb de afgelopen veertig jaar goed op de winkel gepast en vind het nu mooi geweest.”
Diesvelt kan het fysiek niet meer aan om nog zestig tot zeventig uur in de week te werken. Vooral zijn knieën en heupen zijn aan slijtage onderhevig. “Ik heb het altijd met liefde gedaan en zal het straks zeker missen”, vertelt hij. “Vooral de klantencontacten. Bij sommige mensen kom ik al veertig jaar. Er zijn hele families die bij mij de boodschappen halen. Met die klanten bouw je een vertrouwensband op. Met velen heb je lief en leed gedeeld. Af en toe was ik zelfs een beetje maatschappelijk werker.”
Bij de één draaide hij wekelijks de klok op, bij de ander hielp hij met de steunkousen. Een aantal ouderen vertrouwde hem zelfs de pincode toe. “Dan zeiden ze ‘doe de boodschappen maar in de scootmobiel, het pasje ligt er bij’. Van sommige ouderen heb ik al een paar keer afscheid genomen. Dan voelden ze zich niet zo lekker en dachten ze dat ze er over een week, als ik weer langskwam, niet meer waren.”
Opvolger
Vooral voor de ouderen, die de rijdende winkel eigenlijk nog niet kunnen missen, hoopt hij een opvolger te vinden. Die komt in een gespreid bedje terecht. “De klanten, wijken, wagen en het kassasysteem zijn er. Ook de contacten met de leveranciers liggen er. Die kunnen dan gewoon doorlopen. En als iemand de wagen wil overnemen, wil ik ook nog wel een tijdje mee blijven helpen.”
Anders verdwijnt er weer een rijdende winkel uit Nederland. Op dit moment zijn er nog zo’n honderd. “Maar in deze regio zijn er helaas nog maar weinig. Voor zover ik weet alleen nog in Ulft, Halle en Aalten.” Geïnteresseerden kunnen contact opnemen met Tonnie en Marianne Diesvelt door te bellen naar 0316-227146 of 06-55557408.