NIEUW-DIJK – Informatiepunt Nieuw-Dijk bestaat een jaar. Sinds de opening eind oktober 2018 wisten al veel inwoners van het dorp de weg naar de voorziening in dorpshuis de Meikever te vinden. Samen met de buurtverbinders, Welcom en het Sociaal Team van de gemeente Montferland gaven zij de aanzet tot diverse nieuwe activiteiten in het dorp.

Zo startte er vanuit het informatiepunt Maak Nieuw-Dijk Meester een wandelclub en eten sinds januari wekelijks zo’n dertig senioren samen een warme maaltijd. “Het begint meestal met een individuele vraag”, zegt buurtverbinder Willem Wolters. “Zo wilde iemand graag met een groep wandelen. Samen met hem hebben we wat mensen benaderd en inmiddels wandelt er één keer in de twee weken op donderdagmiddag een groep van ongeveer tien mensen door Nieuw-Dijk. Deze activiteit wordt gedragen door twee mannen uit het dorp.”

Dieks model
Dat is ook de opzet van Maak Nieuw-Dijk Meester, waarbij het dorp op het gebied van zorg en welzijn de regie in eigen hand neemt en de dorpsbewoners elkaar helpen om gelukkiger en gezonder te worden. Dat doet het dorp naar voorbeeld van het zogenaamde Deense model. De Denen kozen er ongeveer tien jaar geleden al voor om de zorg anders te regelen.

“Bij elke hulpvraag wordt daar gekeken naar de wensen en behoeften van de burger en hoe deze burger weer kan leren zichzelf te helpen”, zegt Wolters. “Dat doen we in het informatiepunt in Nieuw-Dijk ook. Hier hebben we ons eigen Diekse model gecreëerd, in samenwerking met het Sociaal Team van de gemeente en welzijnsorganisatie Welcom.”

Zij komen elke dinsdag van 9.30 tot 11.30 uur, tijdens de seniorenochtend, samen in de Meikever om vragen van Nieuw-Dijkers te beantwoorden. Dit kunnen bijvoorbeeld vragen zijn op het gebied van zorg, wonen, vervoer, bewegen en eten. “Wij geven de eerste inzet, maar laten de hulpvrager vervolgens zelf in actie komen”, vertelt Guido Groenendijk namens Welcom. “Daarmee zetten we de mensen in hun eigen kracht.”

Hij geeft daarbij het voorbeeld van een dorpsbewoner, die regelmatig naar het ziekenhuis moet voor controle. Groenendijk: “Daar komen was geen probleem, maar hij liep slecht en kon de lange afstanden in het ziekenhuis niet overbruggen. Ik weet dat ze daarvoor in Rijnstate gastvrouwen en -heren inzetten. We hebben vervolgens samen het ziekenhuis gebeld en geregeld dat hij wordt geholpen. Hij ging vervolgens met een goed gevoel naar huis, omdat hij is gehoord en zelf ook een bijdrage heeft geleverd aan de oplossing.”

Wijkverpleging
Na de zomer is het informatiepunt verder uitgebreid met twee wijkverpleegkundigen, die om beurten op dinsdagmorgen in de Meikever aanwezig zijn. Ook zij geven antwoord op vragen, die vanuit het dorp komen. “We krijgen bijvoorbeeld mantelzorgers op bezoek, die vragen welke zorg er nodig is voor hun partner of familielid”, zegt wijkverpleegkundige Isina Lanters, die samen met Jeanet Damkot tijd heeft vrijgemaakt voor het informatiepunt. “Of mensen die op zoek zijn naar een maatje.”

In de toekomst hoopt Maak Nieuw-Dijk Meester de dienstverlening nog verder uit te breiden met een fysio- en ergotherapeut. Hiervoor wordt op dit moment een kleedkamer bij de sporthal in de Meikever omgebouwd tot spreekkamer en fysioruimte. “Zo breiden we steeds verder uit”, vertelt Wolters. “We hopen dat de verhuizing ook drempelverlagend werkt. Nu zitten we nog naast de seniorenruimte, waar wekelijks zo’n dertig ouderen binnenlopen. Aan de andere kant van het gebouw hebben we wat meer privacy, waardoor er hopelijk nog meer mensen naar het informatiepunt komen.”

Bereikbaarheid
Informatiepunt Nieuw-Dijk is elke dinsdagmorgen van 9.30 tot 11.30 uur open. “Maar mensen kunnen uiteraard ook op andere dagen en tijden bij ons terecht en we komen zo nodig op huisbezoek”, zegt Groenendijk. “Ze kunnen ons altijd mailen, bellen of appen op infopuntnieuwdijk@gmail.com of 06-18894101. Binnen één werkdag krijgen ze antwoord.  Daarbij willen we benadrukken dat het informatiepunt er zeker niet alleen voor ouderen is, maar voor iedereen vanaf 18 jaar met een hulpvraag.´

Foto: v.l.n.r. Willem Wolters, Guido Groenendijk en Isina Lanters.