NIEUW-DIJK – Het schutteren zat er al vroeg in bij de broers Jan (57) en Bertus (55) Gieling. Toen ze op hun 17e lid mochten worden van schutterij St. Antonius meldden de twee zich direct aan. “Dat deed iedere jongen vroeger”, weet Bertus nog. “Dan mocht je de tent in. Daar speelden topbands als Les Cigales en Take it Easy, waar veel jeugd op af kwam.”
Zo’n veertig jaar later zijn de twee nog steeds lid van de Nieuw-Dijkse schutterij. Beiden zijn zeer actief in het kader. Jan is al 25 jaar bestuurslid, Bertus werd 25 jaar geleden officier en is sinds 2009 hoofdcommandant van de schutterij. Maandagavond worden de twee in de tent gehuldigd voor hun jarenlange verdiensten voor St. Antonius.
“Ze zochten destijds een nieuw bestuurslid en een toekomstige opvolger voor de commandant”, vertelt Bertus. “Ik werd gevraagd als bestuurslid, maar dat was niks voor mij. Jan was daar veel meer geschikt voor en op mijn advies vroegen ze hem. De functie van commandant sprak me echter wel aan. Ik werd eerst officier, vijf jaar later schoof ik door naar de post van tweede commandant en inmiddels ben ik hoofdcommandant.”
Schuttersroots
Toch liggen de schuttersroots van de broers liggen niet in Nieuw-Dijk. “Moeder komt uit Duiven en haar broers zaten daar allemaal in het bestuur”, vertelt Jan. “Inmiddels hebben onze neven het stokje overgenomen. Vader en moeder vierden hier vroeger eigenlijk maar één keer in de drie jaar echt schutterfeest. Alleen als de schutterij door ons buurtschap trok.”
Dat veranderde toen Bertus op zijn 17e, toen hij net lid was, koning werd. “De jongste ooit. Nu kan dat niet meer.” Op dat moment raakte de familie Gieling besmet met het Diekse schuttersvirus. Toen zus Marijke Duis zich een jaar later als vrouw van ook nog eens als koningin mocht laten kronen, was het feest helemaal compleet. Sindsdien loopt er Antonius-bloed door de aderen van de familie Gieling.
“Inmiddels zijn onze kinderen ook bij de schutterij betrokken en lopen ze zondag allemaal mee”, zegt Jan. “Tien jaar geleden toen Rob 16 was, werd hij jeugdkoning. Het jaar erna werd er door de vrienden bij ons voor het huis een boog gezet. Dat doen ze nu nog. Samen met de vriendengroep van Bas werden woensdag de boog en de tent weer opgebouwd. In de dagen voor het schuttersfeest vieren de Boejes en Bunkers hier hun eigen feestje.”
Schuttersfeest
Officieel begint het schutterfeest voor St. Antonius vanavond pas. Dan kunnen de leden hun kaart ophalen en alvast het bier proeven. Zondagmorgen treden de schutters al om 8.45 uur aan voor hun rondgang dor het dorp.
Bertus: “Vervolgens gaan we naar de schuttersmis en houden we een vendelhulde voor de pastoor. Na een bordje soep thuis zijn we om 12.30 uur weer paraat. Als ik rond 12.45 uur op de fluit blaas, stellen alle schutters zich op voor de tocht naar Didam. Onderweg halen we de koningen op en om 15.30 uur melden we ons bij Jan & Jan. Rond vier uur is vervolgens het defilé op het voormalige gemeentehuisplein.”
Bogen
Op de terugweg doen de Diekse schutters de ‘natte’ bogen bij Verkerk en Tante Dies aan en lopen ze nog onder een aantal ‘droge’ bogen door. “Samen met de koningen doen we tijdens het schuttersfeest alle bogen een keer aan”, vertelt Jan. “Maandagmorgen zijn de bogen in de buurt De Oosthoek aan de beurt. Daar eten en drinken we wat en vervolgens keren we weer terug naar de tent, waar om 11 uur de wedstrijden beginnen.”
De maandag staat vooral in het teken van het koningschieten en ringsteken voor zowel de volwassenen als de jeugd. Bertus: “Meestal zijn rond 15 uur de nieuwe koningen wel bekend. We geven dan een vendelhulde en om 16.30 uur halen we ze in voor de feestavond. De prijsuitreiking en huldiging van de jubilarissen vindt tussen 19 en 20 uur door de burgemeester plaats. Daarna is het feest met Kaliber.”
Dinsdag wordt alleen nog het vat leeg gemaakt. “Veel gedronken wordt er die dag niet meer”, weet Jan. “In elk geval niet door de bestuursleden en de vrijwilligers. De hele zooi moet dan nog worden opgeruimd, want op woensdagmorgen breken ze de tent af. Dan zit het schuttersfeest er helaas al weer op.”